1.Bereid de apparatuur voor:
Zorg ervoor dat de maïsvochtigheidsmeter voldoende batterijen heeft en controleer of het apparaat goed werkt.
Als er meerdere meetmodi zijn, moet de voor maïs geschikte modus worden geselecteerd.
2.Kies een meetlocatie:
Kies een representatief gebied van het maïsmonster in het veld. Kies geen maïs die beschadigd is of door plagen en ziekten is aangetast.
3.Voer de sonde in:
Plaats de sonde van de vochtmeter verticaal in de maïspit, waarbij u ervoor moet zorgen dat de sonde volledig in contact is met de maïspit. Voor de hele oormetingen moet de sonde diep in het midden van de maïs zitten.
4.Lees de gegevens:
Wacht enkele seconden totdat het vochtgehalte stabiel is op het scherm. De meetresultaten worden vastgelegd.
5.Herhaal de meting:
Herhaal de meting op verschillende plaatsen en op verschillende maïskorrels om meer uitgebreide vochtgegevens te verkrijgen. Het wordt gewoonlijk aanbevolen om meerdere monsters in hetzelfde veld te meten om representatieve gegevens te garanderen.
6.Noteer de resultaten:
Schrijf de meetresultaten op voor latere analyse en besluitvorming.